garde
Uiterlijk
![]() |
- gar·de
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘keurbende’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1855 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | garde | gardes garden |
verkleinwoord | gardetje | gardetjes |
- (huishouden) keukengerei bestaande uit een stel gebogen draden waarmee geklopt en geklutst kan worden
- Met een garde slagroom kloppen vereist enig geduld en doorzettingsvermogen.
- een lijfwacht
- een roede
- (Limburg) een horde, keurbende
- de jonge garde: de jongeren
- ▸ Op de trail had ik eindelijk het gevoel een hippie te zijn omdat ik in een gemeenschap leefde van vrije geesten, kleurrijk en stoffig. Niemand scheerde zijn kin of oksels, bh’s bleken niet te werken onder zware rugzakken en er was een gezonde hoeveelheid vrije liefde onder de jonge garde.[2]
- de oude garde: mensen met ideeën en tradities van vroeger
- Het woord garde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "garde" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "garde" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
vervoeging van |
---|
garder |
garde
- eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van garder
- eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van garder
- tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van garder
- Afgeleid van het Oudnoordse garðr
garde
- IPA: /gardɛ/
- gar·de
- Leenwoord uit het Frans
garde v
- (spreektaal) chaperonne; een vrouwelijke begleidster van een jonge vrouw in een gemeenschappelijke setting
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | garde | garde |
genitief | garde | garde |
datief | garde | garde |
accusatief | garde | garde |
vocatief | garde | garde |
locatief | garde | garde |
instrumentalis | garde | garde |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
garde o
- (spel) gardez, gardez la reine; het bedreigen van de dame in een schaakspel
- (sport) en garde; de beginpositie bij het schermen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | garde | garde |
genitief | garde | garde |
datief | garde | garde |
accusatief | garde | garde |
vocatief | garde | garde |
locatief | garde | garde |
instrumentalis | garde | garde |
- opzicht
- «Problém se objevuje v jiném gardu.»
- Het probleem doet zich in een andere opzicht voor.
- «Problém se objevuje v jiném gardu.»
- (sport) en garde; de beginpositie bij het schermen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | garde | gardy |
genitief | gardu | gardů |
datief | gardu | gardům |
accusatief | garde | gardy |
vocatief | garde | gardy |
locatief | gardu | gardech |
instrumentalis | gardem | gardy |
garde
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Huishouden in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 96 %
- Woorden in het Frans
- Woorden in het Frans van lengte 5
- Werkwoordsvorm in het Frans
- Woorden in het Middelengels
- Zelfstandig naamwoord in het Middelengels
- Woorden in het Tsjechisch
- Woorden in het Tsjechisch met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch
- Spreektaal in het Tsjechisch
- Vrouwelijk zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch
- Spel in het Tsjechisch
- Sport in het Tsjechisch
- Onzijdig zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch
- Mannelijk zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch
- Onbezield mannelijk zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Tsjechisch