Naar inhoud springen

buiten

Uit WikiWoordenboek
  • bui·ten

buiten

  1. niet ingesloten in het genoemde
    • Hij woont buiten de stad. 
     Phogat toonde zich teleurgesteld dat er geen steun komt van andere sporters, zoals de in India extreem populaire cricketspelers. "Atleten moeten verder dan hun persoonlijke winst kijken en volgens hun geweten handelen. We zijn menselijk. We stoppen op een dag met sporten. We moeten ook buiten de sport aan een nalatenschap werken."[2]
     Inspiratiebron: Europese Commissievoorzitter Von der Leyen noemt de Argentijn een inspiratiebron. "Hij inspireerde miljoenen mensen, ver buiten de katholieke kerk, met zijn bescheidenheid en pure liefde voor de minderbedeelden." Ook CDU-leider Merz, aankomend bondskanselier van Duitsland, zegt dat de paus herinnerd zal worden "vanwege zijn onvermoeibare inzet voor de zwaksten in de samenleving, voor rechtvaardigheid en verzoening".[3]
  vnw. bijw.
  voorzetselbijwoord     buiten  
 persoonlijk     erbuiten  
aanwijz.  nabij     hierbuiten  
  veraf     daarbuiten  
  vragend/betrekk.     waarbuiten  

buiten

  1. in de buitenlucht dus niet in een gebouw
    • Wij eten vaak buiten in de tuin. 
     Dat heeft Van de Laar overgenomen van Boer, zegt hij. "Ik sta, terwijl ik met jullie spreek, buiten kruiden te plukken. Wat ik van hem heb geleerd, is altijd werken met pure smaken en met de natuur om je heen. Maar ook om altijd 100 procent te geven."[5]
     Ik verbaasde me erover hoe een aantal jonge hikers buiten met de naderende storm omgingen. Ze maakten uitgebreid filmpjes en juichten bij elke donderslag terwijl ik juist dieper in mijn slaapzak kroop. Ik voelde me klein en uiterst kwetsbaar.[6]
  2. bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord:
    1. buitensluiten: Hij sloot de kat buiten.
    2. buitenhouden
       Een van onze gedistingeerde gasten heeft mij ooit gezegd dat de monsters volgens hem niet waren bedoeld om vreemden buiten te houden, maar om de gasten te beletten de uitgang te bereiken. Het was jaren geleden dat hij dat zei, en hij is hier nog steeds. Zijn naam is Patelski. U zult hem ontmoeten.[7]
  3. prepositioneel deel van een voornaamwoordelijk bijwoord:
    • Hij staat er al jaren buiten. 
  • [1] de bloemetjes buiten zetten
    uitbundig vieren.
  • [1] van buiten leren
    zo goed leren dat het parate kennis wordt
enkelvoud meervoud
naamwoord buiten buitens
verkleinwoord buitentje buitentjes

buiten

  1. m platteland
  2. o buitenverblijf, landhuis, buitenplaats, landgoed
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[8]
  1. "buiten" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  2. Bronlink geraadpleegd op 6 oktober 2024 Weblink bron
    Aletta André
    “Worstelprotest werpt licht op seksueel misbruik in de Indiase sportwereld” (dinsdag 23 mei 2023, 20:45), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 21 april 2025 Weblink bron “Bedroefde reacties op dood van paus: 'Miljoenen mensen geïnspireerd'” (21 april 2025), NOS
  4. Bronlink geraadpleegd op 30 juni 2022 Weblink bron “Ruim 330 miljard dollar aan Russische bezittingen bevroren sinds invasie” (29 juni 2022), NU.nl
  5. Bronlink geraadpleegd op 24 april 2025 Weblink bron “Topchefs geschokt door dood Jonnie Boer: 'Hij leerde mij alles'” (23 april 2025), NOS
  6. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  7. “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers op Wikipedia, ISBN 978-90-295-2622-7, p. 16
  8. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
  翻译: